Sluiting slibdroger: een jaar later

Gepubliceerd op 28 mei 2024 (om 8:21)

Sinds 1 januari 2023 is de slibdrooginstallatie in Susteren gesloten. Een besluit met ingrijpende consequenties voor de mensen die er werkten. De grootste gevolgen had de sluiting voor de vier operators van de installatie. Vanaf het eerste moment was het uitgangspunt dat zij hun baan zouden behouden. Inmiddels hebben de medewerkers hun plek gevonden én is meteen een tweede probleem aangepakt: de krapte in de wachtdienst. Hoe hebben de betrokken medewerkers het afgelopen jaar ervaren? En hoe gaat het nu met hen?

Remco Knapen, Installatieoperator A:

‘Na de sluiting van de droger ben ik eerst naar Hoensbroek gegaan, nu werk ik in Maastricht. Ik blijf installatieoperator, maar volg nog een opleiding voor de water- en sliblijn. Daar had ik graag wat meer begeleiding bij gehad. Voor mijn gevoel ben ik iets te snel in het diepe gegooid. Aan de andere kant is dat ook een teken dat men vertrouwen in mij heeft. Het kost energie, maar het komt goed. De wachtdienst is enigszins verbeterd: op de droger waren we met vier man, nu zijn we met vijf mensen in Maastricht.’

Nicky de Koning, Installatieoperator B:

‘Het heeft ongeveer driekwart jaar geduurd, voordat duidelijk werd wat mijn nieuwe functie zou zijn. Na overleg met de opleidingscoördinator ben ik begonnen aan de Vapro-taken. Toen er een functie in de waterlijn vrij kwam, heb ik de overstap gemaakt. Eerst miste ik het slibteam, dat dag en nacht voor elkaar klaarstond. Maar intussen ben ik goed gewend. De nieuwe wachtdienst is qua werkdruk hetzelfde gebleven. Voordeel is wel dat ik op meer plekken kom. Zo verbreed ik mijn kennis en leer ik meer collega’s kennen.’

John Suilen, Lijnoperator:

‘Met de lijnoperators, planning en opleidingscoördinator hebben we een programma geschreven om uiterlijk in februari van dit jaar alle operators op te leiden voor de nieuwe wachtdienst. Doel was het slibteam te integreren in de wachtdienst van de waterlijn. Het opleidingsplan is nu bijna klaar. Met name de slibteamoperators hebben veel werk verzet en zich flexibel opgesteld. Ook mijn complimenten voor de manier waarop de collega’s van de slibontwatering en de waterlijn zich ontwikkelen. Nu moeten we nieuwe situatie inbedden in de organisatie, zodat er rust ontstaat in de wachtdiensten. Dat is belangrijk voor het welzijn van de collega’s.’

Rick Hundscheidt, Opleidingscoördinator:

‘Toen de slibdroger sloot, hebben we van de nood een deugd gemaakt door de wachtdiensten samen te voegen. Met de drie lijnoperators en de planners hebben we de opleiding daarvoor vormgegeven. Niet eenvoudig, want het kost tijd om mensen vrij te maken voor zo’n opleiding. In totaal hebben 18 mensen een opfriscursus gekregen en zijn 13 ‘nieuwe’ medewerkers dieper opgeleid via de Vapro-systematiek. Dat wil zeggen dat naast de praktijk ook aandacht is voor het aanbrengen van structuur in de kennis en kunde. Met de afronding van de opleiding is een megaprestatie geleverd. Hulde daarvoor aan alle medewerkers.’

Jean Hanssen, Lijnoperator:

‘In team Zuid liggen we op schema met het over en weer opleiden van medewerkers in de water- en sliblijn. Elke operator is nu uitwisselbaar. Ik ben tevreden over het resultaat. Er rest alleen nog de vraag of de wachtdienst van maandag tot maandag of van vrijdag tot vrijdag is. Bij de onderhoudsploeg is die namelijk van vrijdag tot vrijdag. Het zou fijn zijn als dat synchroon loopt met de dienst van de operators. Maar nu we een grotere ploeg hebben, is de spreiding van de wachtdienst groter. Dat brengt rust bij de betrokkenen.’

Tom Knoben, Capaciteitsplanner:

‘Bij het samenvoegen van de wachtdiensten was het vooral belangrijk dat mensen veel vlieguren konden maken om genoeg basiskennis op te doen om de installatie veilig weg te zetten. Dat hebben we ook bij de diverse betrokken collega’s getoetst. Zij moeten immers met een veilig gevoel de wachtdienst in kunnen. Nu het proces voor 90 procent is afgerond, kan ik zeggen dat het goed is gelukt. Het was alleen nog beter geweest als we het opleidingstraject eerder in gang hadden kunnen zetten.’