WBL en partners ontwikkelen innovatieve veldmeetmethode voor IBA's
Sinds 2004 beheert en onderhoudt Waterschapsbedrijf Limburg (WBL) ongeveer 540 kleine, decentrale zuiveringen voor 23 Limburgse gemeenten. Deze worden ook wel IBA’s (Individuele Behandeling Afvalwater) genoemd. Tot voor kort werd de kwaliteit van het gezuiverde water van de IBA’s vastgesteld aan de hand van steekproeven en zogeheten STERLAB-analyses. Deze relatief kostbare methoden leidden echter niet tot het gewenste consistente totaalbeeld. Vanuit de overtuiging dat dit beter kon, heeft WBL hiervoor in samenwerking met de gemeente Peel en Maas, gemeente Leudal en Titulaer Milieu & Innovatie Advies een nieuwe, innovatieve veldmeetmethode ontwikkeld.
Verreweg de meeste huishoudens en bedrijven in Limburg zijn aangesloten op het gemeentelijk rioolstelsel. Via dit stelsel komt het (huishoudelijk) afvalwater binnen bij de rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI’s) van WBL, waar het gezuiverd wordt en geloosd wordt op het natuurlijk oppervlaktewater. Bij IBA’s is de situatie anders: deze kleine, decentrale zuiveringen liggen bij Limburgse bewoners in de tuin of dicht bij kleine bedrijven en zijn niet aangesloten op het gemeentelijk rioolstelsel; het afvalwater van de huizen en bedrijven wordt ter plekke gezuiverd door de IBA’s en in de directe nabijheid geloosd. Net als bij het gezuiverde water dat de RWZI’s verlaat, is het van belang dat ook het gezuiverde water van de IBA’s voldoet aan de kwaliteitseisen die gesteld worden aan het gezuiverde water. Tot voor kort werd de kwaliteit van het gezuiverde water gecontroleerd aan de hand van steekproeven en STERLAB-analyses. Dit zijn relatief kostbare methoden die geen consistent totaalbeeld geven. Voor WBL aanleiding om te kijken of het beter kon.
Bestaande techniek, nieuwe toepassing
Vanuit het innovatiebudget van WBL en met een gelijkluidende bijdrage van de betrokken gemeenten, is een samenwerking tot stand gekomen tussen de afdeling Product en Markt van WBL, gemeente Peel en Maas, gemeente Leudal en Titulaer Milieu & Innovatie Advies. Dit leidde tot een succesvol onderzoek naar een eenvoudigere methode om te beoordelen of een IBA kan voldoen aan de BZV- en CZV-normen (BZV en CZV staan voor respectievelijk Biochemisch Zuurstofverbruik en Chemisch Zuurstofgebruik). Daarbij bleek dat het mogelijk is om met behulp van een bestaande techniek uit de voedingsmiddelenindustrie in het veld goedkoop, snel én betrouwbaar te analyseren. De veld-meetmethode voldoet aan de gestelde verwachting en draagt bij aan het op betaalbare wijze inzichtelijk maken van hoe de assets, in dit geval de IBA’s, functioneren. Via een jaarlijkse bemonstering kan de werking van de IBA’s en de kwaliteit van het gezuiverde afvalwater gemonitord en verbeterd worden waar nodig. Daarnaast geeft het direct inzicht of er aan de bewustwording van de bewoners gewerkt dient te worden.
Verantwoording en validiteit
Het eerste zaadje voor de innovatieve veldmeetmethode werd in 2017 geplant toen WBL en Titulaer Milieu & Innovatie Advies gezamenlijk een ATP-meting (Adenosine Tri Phospate) uitvoerden om de verontreiniging van melkspoelwater te meten bij een bedrijf dat geitenmelk produceert. In de voedingsmiddelenindustrie wordt deze methode gebruikt om vast te stellen of er sprake is van microbiologische verontreiniging of productresidu. Tijdens deze klus ontstond het idee om de ATP-methode in te zetten voor het meten van de BZV en CZV van IBA’s. In 2018 werd dit idee in de praktijk getest door een eerste indicatieve meting uit te voeren op 6 RWZI’s, waarbij de ATP-meting werd vergeleken met de bemonsteringsgegevens van het STER-Lab. Vervolgens werd bepaald wat de vertaling is van de meting van de ATP naar de waarde van BZV en CZV. In 2019 werden op 36 IBA’s metingen uitgevoerd in samenwerking met het STER-Lab, waarbij werd vastgesteld dat de ATP-meting en de vertaling naar BZV en CZV valide is. In 2020 is de ATP-meting in samenwerking met de gemeenten Leudal en Peel en Maas succesvol toegepast op hun IBA’s. Met ingang van 2021 is het mogelijk om de gevalideerde meetmethodiek ook voor andere gemeenten in te zetten als structureel alternatief.
Preventief onderhoud
Met de nieuwe veldmeetmethode heeft WBL een fundament gelegd om de prestaties van IBA’s inzichtelijk te maken en met elkaar te vergelijken. En dat biedt WBL en gemeenten de kans om samen te groeien naar kwalitatief gestuurd preventief onderhoud. IBA’s die voldoen aan de BZV- en CZV-normen, hebben minder aandacht nodig dan IBA’s die niet voldoen. Daarmee hebben gemeente en servicepartners een instrument in handen om te kunnen sturen. De veldmethode is overigens niet alleen voorbehouden voor particuliere IBA’s; de methode kan ook worden geïntegreerd in de Beheer- en Onderhoudscycli van gemeentelijke IBA’s.
Belangstelling
Gemeenten en waterschappen die interesse hebben in de veldmeetmethode, kunnen hiervoor contact opnemen met Mark Weijers van de afdeling Product en Markt van Waterschapsbedrijf Limburg:
e: markweijers@wbl.nl | m: 06-46045585